Afbeelding
Reëel risico op genocide: onwettige Israëlische aanvallen veroorzaken massaal burgerslachtoffers
Persbericht

Reëel risico op genocide: onwettige Israëlische aanvallen veroorzaken massaal burgerslachtoffers

12 februari 2024

© Abed Rahim Khatib/Anadolu via Getty Images

• Ten minste 95 burgers - bijna de helft van hen kinderen - gedood bij vier onwettige aanvallen in Rafah

• Aanvallen vonden plaats in zuidelijk gebied van Gaza dat zogezegd ‘veilig’ was

• Alle vier de aanvallen zijn waarschijnlijk directe aanvallen op burgers en burgerobjecten en moeten worden onderzocht als oorlogsmisdaden



Nieuw bewijs van dodelijke, onwettige aanvallen in de bezette Gazastrook, verzameld door Amnesty International, toont aan hoe Israëlische strijdkrachten doorgaan met het schenden van het internationaal humanitair recht. Hierdoor worden hele families straffeloos weggevaagd.

Trigger warning: dit nieuwsbericht bevat grafische getuigenissen over fysiek geweld tegen volwassen en kinderen

De organisatie voerde een onderzoek uit naar vier Israëlische aanvallen, drie in december 2023, na het einde van de humanitaire pauze, en één in januari 2024. Daarbij kwamen minstens 95 burgers om het leven, waaronder 42 kinderen. De aanvallen vonden plaats in Rafah, het meest zuidelijke deel van Gaza, dat zogenaamd het “veiligste” gebied is. Israëlische troepen maken er zich echter klaar voor een grondoperatie. Een dergelijke operatie zal verwoestende gevolgen hebben voor meer dan een miljoen mensen die na opeenvolgende golven van massale verplaatsing opeengepakt zitten in een gebied van 63 km².



Bij alle vier de aanvallen vond Amnesty International geen enkele aanwijzing dat de getroffen woongebouwen als legitieme militaire doelen konden worden beschouwd of dat mensen in de gebouwen militaire doelwitten waren. Dit doet vermoeden dat deze aanvallen directe aanvallen waren op burgers en burgerobjecten en moeten onderzocht worden als oorlogsmisdaden.



Zelfs als de Israëlische strijdkrachten de intentie hadden gehad om legitieme militaire doelen in de omgeving als doelwit te nemen, is het duidelijk dat deze aanvallen geen onderscheid maakten tussen militaire doelen en burgerobjecten en daarom willekeurig zijn. Willekeurige aanvallen die burgers doden en verwonden zijn oorlogsmisdaden. Het door Amnesty International verzamelde bewijs toont ook aan dat het Israëlische leger de omwonenden in de getroffen locaties niet effectief, of zelfs helemaal niet, heeft gewaarschuwd voordat de aanvallen werden uitgevoerd.



“Hele families werden weggevaagd door Israëlische aanvallen, zelfs nadat ze hun toevlucht hadden gezocht in gebieden die als veilig werden bestempeld en zonder voorafgaande waarschuwing van de Israëlische autoriteiten. Deze aanvallen illustreren een terugkerend patroon van Israëlische strijdkrachten die het internationaal recht schaamteloos met voeten treden, en in tegenspraak zijn met beweringen van Israëlische autoriteiten dat hun strijdkrachten verhoogde voorzorgsmaatregelen nemen om schade aan burgers te beperken,” aldus Erika Guevara-Rosas, Senior Director of Research, Advocacy, Policy and Campaigns bij Amnesty International.



Drie van de aanvallen vonden 's nachts plaats toen burgerbewoners, waaronder ontheemde families, naar verwachting lagen te slapen in hun huizen.



“Onder degenen die werden gedood bij deze onwettige aanvallen waren een meisje dat nog geen drie weken oud was, een prominente 69-jarige gepensioneerde arts, een journalist die ontheemde families in zijn huis opving en een moeder die een bed deelde met haar 23-jarige dochter. De getuigenissen van de rouwende nabestaanden moeten ons eraan herinneren dat deze gruweldaden in Gaza een smet zijn op het collectieve geweten van de wereld,” zei Erika Guevara-Rosas.



“Na de belangrijke tussentijdse uitspraak van het Internationaal Gerechtshof dat het risico op genocide reëel en dreigend is, versterken de gruwelijke details van deze gevallen de urgentie voor alle staten om aan te dringen op een onmiddellijk en duurzaam staakt-het-vuren. Dat is de meest effectieve manier om de door het Hof bevolen voorlopige maatregelen uit te voeren. Ze onderstrepen ook het belang van een alomvattend wapenembargo voor alle partijen in het conflict.”



Amnesty International heeft de locaties van alle vier de aanvallen bezocht, foto's en video's van de vernietiging vastgelegd en in totaal 18 mensen geïnterviewd, waaronder 14 overlevenden en vier familieleden die deelnamen aan reddingsoperaties. Het Crisis Evidence Lab van de organisatie heeft satellietbeelden, foto's en video's geanalyseerd om de aanvallen en resulterende vernietiging te lokaliseren en te verifiëren.



De organisatie onderzocht ook het oorlogsdagboek van de officiële pagina van het Israëlische leger en vond geen enkele verwijzing naar de vier aanvallen. Amnesty International stuurde op 19 en 30 januari 2024 vragen over de aanvallen naar de Israëlische autoriteiten. Op het moment van publicatie was nog geen antwoord ontvangen.

‘De kleine lichamen van mijn kinderen werden aan flarden gereten: de aanval op de familie Harb

Op 12 december 2023 om 3.02 uur 's nachts trof een Israëlische aanval rechtstreeks twee huizen van de familie Harb in de wijk Al-Zuhour in Rafah. Daarbij kwamen 25 burgers om, waaronder 10 kinderen, negen mannen en zes vrouwen, waarvan er één acht maanden zwanger was. Ten minste 17 anderen raakten gewond. De aanval verwoestte de twee huizen volledig en beschadigde ernstig drie aangrenzende woningen waar enkele van de slachtoffers vielen.



Islam Harb (30) verloor drie van zijn vier kinderen bij de aanval: de vijfjarige tweelingdochters, Jude en Maria, en de zes maanden oude zoon, Ammar. Hij beschreef het angstaanjagende moment waarop de aanval toesloeg:

“Ik hoorde een enorme explosie. Ik herinner me niet dat ik iets zag, ik hoorde alleen een zeer luide explosie en verloor het bewustzijn. Ik werd wakker in het ziekenhuis; het eerste wat ik me herinner is dat ik vroeg naar mijn kinderen. Alleen de vierjarige Leen overleefde; mijn familie heeft dagenlang geprobeerd om de overblijfselen van de doden uit het puin te graven. Het lichaam van mijn [25-jarige] broer Khalil werd door de kracht van de inslag 200 meter van het huis gevonden, in stukken. De kleine lichamen van mijn kinderen werden aan flarden gereten.”

Maria & Jude Islam Harb - © Privé

Islam vertelde Amnesty International dat zijn familieleden geen idee hebben waarom hun huizen werden getroffen en dat ze geen voorafgaande waarschuwing kregen. Zijn moeder, Inaam (52); zussen, Abir (23) en Najwa (26); en broers Mohammed Al-Hadi (22) en Zein Al-Abidine (15), behoorden tot degenen die bij de aanval omkwamen.

Islam zei dat de familie onderdak bood aan ontheemde familieleden die gedwongen werden Gaza-stad te verlaten op bevel van het Israëlische leger. Hij zei dat het nauwe familieleden waren van wie ze de achtergronden goed kenden en die geen politieke banden hadden.

Een overlevende zus, Ahlam Harb (34), van wie een vinger moest worden geamputeerd als gevolg van de aanval, zei:

“Het is een wonder dat ik leef en met u praat. Ik heb constant pijn, vooral in mijn longen, nog steeds worstelend om te ademen... Ik heb mijn moeder verloren. Mijn zus Najwa, haar man en al hun kinderen werden gedood. Abir, mijn dierbaarste zus, de dierbaarste persoon voor mij, werd ook gedood. Het verlies heeft me gebroken. Mijn broer Mohammed Al-Hadi werd alleen herkend aan zijn haar; er bleef niets over van mijn broer Khalil behalve zijn hand... Mijn kinderen werden levend onder het puin vandaan gehaald. Ik kijk naar hen en kan niet geloven dat ze nog leven.”

Abir was eerder geïnterviewd door Amnesty International nadat haar verloofde en zijn moeder waren gedood bij een Israëlische luchtaanval tijdens een driedaagse offensief in Gaza in augustus 2022.

Getuigenverklaringen en fotografisch bewijsmateriaal die ter plaatse verzameld werden, geven aan dat de huizen meer dan eens werden getroffen, resulterend in ten minste twee kraters. Israël heeft geen verklaring gegeven voor het incident.

Amnesty International bezocht de plaats van de aanval tweemaal en heeft de lijst van degenen die gedood werden en gewond raakten bij de aanval geëvalueerd. De organisatie vond geen bewijs dat er militaire doelwitten waren in het gebied of dat een van de aanwezigen in de gebouwen op het moment van de aanval legitieme militaire doelen waren. Dit geeft aanleiding tot de ernstige bezorgdheid dat de aanval op de huizen van de familie Harb een directe aanval was op burgers en burgerobjecten. Dit moet onderzocht worden als een oorlogsmisdaad.

‘We gingen naar Rafah op zoek naar veiligheid’: de aanval op de familie Shehada

Op 14 december rond 11.45 uur werd een huis van drie verdiepingen in de wijk Brazil in Rafah, dat toebehoorde aan Abdallah Shehada, getroffen en volledig verwoest door een Israëlische aanval. De 69-jarige gepensioneerde chirurg en voormalig directeur van het ziekenhuis Abu Yousef Al-Najjar kwam om het leven, samen met minstens 29 andere burgers, waaronder 11 kinderen, zeven mannen en 11 vrouwen. Ten minste 10 anderen raakten gewond.

Het oudste slachtoffer van de aanval was Hamdi Abu Daff, een ontheemde 86-jarige man, en de jongste was Ayla Nasman, drie maanden oud.

De zoon van Abdallah Shehada, Yousef, een 36-jarige chirurg in het European Hospital in Khan Younis, die ook zijn broer Yahia, een 29-jarige IT-student, verloor, zei dat hij het huis een uur voor de aanval had verlaten. Hij vertelde:

Dit was het huis van een dokter die zijn leven wijdde aan het helpen van mensen, een huis waar ontheemde mensen een toevlucht vonden... We hebben dagen doorgebracht met het proberen de lichamen uit het puin te halen, van mensen die gewoon veilig wilden zijn. We kennen alle mensen die in het gebouw verbleven.

Dr. Abdallah Shehada en zijn zoon, Yahia Shehada - © Privé

Ten minste twee van de ontheemde mensen die in het gebouw verbleven, hadden werkvergunningen in Israël, wat betekent dat ze een grondige screening hadden ondergaan door de Israëlische autoriteiten.

Ahmad Nasman (30), een fysiotherapeut, verloor zijn vrouw Oula (29), ook een fysiotherapeut, en hun drie kinderen: Arwa (5); Karam (4); en Ayla (drie maanden). Ook zijn ouders, Hassan (63), en Omaya (58), werden gedood, evenals zijn zus Aya (28).

Hij vertelde Amnesty International dat een maand nadat zijn ouders naar het huis van Abdallah Shehada waren verhuisd, hij hetzelfde deed samen met zijn vrouw en kinderen midden november. Ze maakten de uitputtende reis van Gaza-stad naar Rafah in een met paarden getrokken kar door de zogenaamde “veilige corridor”, die hij beschreef als de “helse corridor”. Zijn kinderen waren doodsbang en waren er getuige van hoe Israëlische soldaten naaktfouilles op hen uitvoerden.

De Nasman-kinderen, vijf van hen op de foto's werden gedood - © Privé

Op de dag van de aanval was hij op een nabijgelegen markt en haastte hij zich naar huis na het horen van de explosie om het huis in brand te zien staan. “Alles was volledig verwoest... niets dan puin, rook en stenen,” zei hij.

Het kostte hem vier dagen om het lichaam van zijn dochtertje Ayla uit het puin te halen; de baby was alleen herkenbaar aan haar kleding. Bij de ontploffing werd zijn vijfjarige dochter Arwa onthoofd.

“Toen de oorlog begon, had ik slechts één missie in mijn leven, om mijn kinderen te beschermen. Ik wou dat ik bij hen was geweest toen het huis werd getroffen,” zei hij. “Mijn lichaam heeft het overleefd, maar mijn geest stierf met mijn kinderen, het werd samen met hen verpletterd onder het puin.”

Een overlevende, die op voorwaarde van anonimiteit sprak, beschreef de ervaring van bijna acht uur lang vastzitten onder het puin met een gebroken been, enkel in staat om één arm te bewegen. Zijn vrouw en jonge zoon werden gedood bij de aanval. Hij vertelde Amnesty International dat hij bij de voordeur stond nadat hij naar buiten was gegaan om brood te bakken op brandhout toen hij plotseling in de lucht werd geslingerd, een muur raakte en het bewustzijn verloor:

“Ik begon te schreeuwen, om hulp te roepen, ik lag onder het puin... in iets als een zeer, zeer smalle kelder... Ik kon zien dat er mensen waren die me probeerden te redden. Ik heb twee uur lang geschreeuwd, het was er heel lawaaierig, ik kon het geluid van bulldozers horen.”

Thaer al-Haddad (27), werd onmiddellijk gered uit het puin, maar zijn ouders, Salama (48), en Maysara (47); en zijn vrouw Aya (28), werden gedood bij de aanval. Hij vertelde Amnesty International:

“Dr. Abdallah is een zeer voorzichtige man, en iedereen in het gebouw was ofwel lid van zijn familie of goede vrienden... We gingen naar Rafah op zoek naar veiligheid, we dachten dat het veiliger was in het zuiden.”

Het onderzoek van Amnesty International vond geen enkele aanwijzing dat er een militair doelwit aanwezig was binnen of in de omgeving van het huis, of dat het een militair object was, wat ernstige zorgen oproept dat deze aanval - waarover Israël nog geen informatie heeft verstrekt - ook een directe aanval op burgers en burgerobjecten is.

‘WE LAGEN ALLEMAAL TE SLAPEN’: DE FAMILIE ZU’RUB

Op 19 december 2023 rond 1.30 uur 's nachts trof een Israëlische aanval het twee verdiepingen tellende huis van Omar Zu'rub in het westen van Rafah, waarbij 22 burgers omkwamen, waaronder 11 kinderen, zeven mannen en vier vrouwen. Het oudste slachtoffer van de aanval, Omar Zu’rub, was 75 jaar oud, terwijl het jongste, zijn kleinnicht Al-Amira Aisha, nog geen drie weken oud was en nog niet was geregistreerd in het bevolkingsregister. Het huis werd volledig verwoest en minstens drie aangrenzende huizen raakten ernstig beschadigd.

Al-Amira Aisha, drie weken oud - © Privé

Amnesty International kon de identiteit van ten minste 16 gewonden bevestigen, maar volgens getuigen zijn er waarschijnlijk nog veel meer gewonden, aangezien een van de zwaar beschadigde huizen onderdak bood aan wel 70 mensen.

Alle mensen die op de eerste verdieping van het volledig verwoeste huis sliepen, kwamen om: Omar Zu’rub (75), zijn vrouw Rowaida (70), en hun zoon Mahmoud (36). Ook Mahmouds vrouw, Mervat (35), werd gedood, samen met alle vier de kinderen van het echtpaar: Farah (16); Omar (14); Mohammed (13); en Dima (1). Omars andere zoon Mamdouh, een 39-jarige ambtenaar, verbleef met zijn gezin op de bovenste verdieping. Hij werd gedood samen met zijn dochter Roua, die onlangs 16 was geworden.

Malak Al-Shaer, de vrouw van Mamdouh, vertelde Amnesty International dat ze allemaal sliepen; ze werd wakker onder het puin.

“Ik kon mijn ogen niet openen omdat ze vol zaten met glas, granaatscherven en zand. Mijn hele lichaam lag onder het puin, alleen mijn voet was zichtbaar, misschien duurde het 20 minuten voordat de reddingswerkers me eruit haalden,” zei ze.

Malak liep ernstige brandwonden op, onder andere in het gelaat, en haar zicht is aangetast door granaatscherven die in haar ogen zijn blijven steken, maar ze werd na twee weken uit het ziekenhuis ontslagen. Door de ineenstorting van de gezondheidszorg in Gaza zijn de ziekenhuizen in het zuiden overbelast en kampen ze met een hopeloos tekort aan apparatuur.

In een van de getroffen aangrenzende huizen, een huis van twee verdiepingen dat eigendom was van journalist Adel Zu'rub, verbleven meer dan 70 mensen uit de Al-Lada’a familie, die tijdens de tweede week van het offensief uit Tal Al-Hawa in Gaza-stad waren gevlucht. De aanval doodde Adel samen met negen leden van de Al-Lada’a familie.

Muren, rotsen, cement, glas, begonnen op ons te vallen. De muren en de kolommen stortten op ons in door de kracht van de aanval.

- Vertelde een overlevende, Aref Al-Lada’a (52), aan Amnesty International

Mohamed Zu’rub, wiens huis ook beschadigd werd bij de aanval, vertelde de organisatie dat de aanval een woongebouw trof, vol met families. Hij zei:

“Soms kan ik nog steeds niet begrijpen of dit echt was of een nachtmerrie. Mijn neef heeft een dochtertje, dat nog geen drie weken oud is, zijn andere zoon is nog geen twee jaar oud... Kun je je voorstellen dat de lichamen van deze kinderen verpletterd worden onder het puin?”

Het onderzoek van Amnesty International vond geen bewijs dat een van de mensen die in het direct getroffen huis verbleven, banden had met een gewapende groepering. Het onderzoek van de organisatie vond ook geen aanwijzingen dat er militaire doelwitten waren in of in de buurt van de huizen, wat ernstige zorgen oproept dat de aanval – waarvoor Israël nog geen verklaring heeft gegeven – een directe aanval was op burgers en burgerobjecten en moet worden onderzocht als een oorlogsmisdaad.

‘Ze zijn allemaal burgers’: de aanval op de familie Nofal

Op 9 januari 2024, vlak voor 23.00 uur, trof een Israëlische aanval de twee bovenste verdiepingen van het vijf verdiepingen tellende gebouw van de familie Nofal in Tal Al-Sultan. Het Israëlische leger heeft herhaaldelijk ontheemde mensen bevolen om naar die wijk te vluchten.

De aanval doodde 18 burgers, waaronder 10 kinderen, vier mannen en vier vrouwen. Minstens acht anderen raakten gewond. Van de dodelijke slachtoffers bevonden zich er zestien op de vierde en vijfde verdieping van het huis van de familie Nofal. De andere twee - een man en een kind - waren van de naburige Awadallah familie, hun woning van zink stortte in onder het puin van de Nofals woonst.

Nidal Nofal (47), een verpleger die op de begane grond woont, vertelde Amnesty International dat familieleden uit Khan Younis bij hen verbleven na instructies van het Israëlische leger om richting Rafah te vertrekken:

“De kaart die [de Israëlische strijdkrachten] stuurden, vermeldde specifiek Tal Al-Sultan als een van de veilige buurten. Minuten voor 23.00 uur schreeuwde mijn zoon dat hij een explosie had gehoord... toen ik de deur opende en naar buiten keek, zag ik glasscherven overal rondvliegen.”

Wapenexperts van Amnesty International onderzochten foto's van uit het puin geborgen granaatscherven en identificeerden deze als een GBU-39 Small Diameter Bomb, een precisie-geleid wapen met een kleinere kop, wat de gerichte schade aan met name de bovenste verdiepingen verklaart. Het wapen wordt in de VS gemaakt door Boeing.

Net als bij de andere aanvallen hebben Israëlische autoriteiten geen reden gegeven voor deze aanval. Het onderzoek van Amnesty International, inclusief een analyse van een lijst met de namen van iedereen die op de getroffen verdiepingen verbleef, en degenen die gedood en gewond raakten bij de aanval, leverde geen enkele aanwijzing op dat een van de mensen die in het gebouw verbleven legitieme militaire doelen waren. Daardoor was het waarschijnlijk een directe aanval op burgers en burgerobjecten, of mogelijk een ondoordachte aanval als gevolg van het niet nemen van alle haalbare voorzorgsmaatregelen om het doden of verwonden van burgers te voorkomen, onder meer door ervoor te zorgen dat iedereen die werd aangevallen een strijder was en geen burger.

“Het onderzoek van Amnesty International levert duidelijk bewijs van de gruwelijke tol van de meedogenloze en onwettige aanvallen van Israël in Gaza. Vier maanden nadat het offensief van Israël begon, zijn meer dan 28.000 Palestijnen gedood en raakten meer dan 60.000 mensen gewond te midden van een ongekende humanitaire catastrofe. Gezien de verschrikkelijke omvang van dood en verwoesting hebben alle staten een duidelijke verplichting om op te treden om genocide te voorkomen. In plaats daarvan hebben belangrijke staten nagelaten om een duidelijke oproep te doen voor een staakt-het-vuren en gaan ze door met het voeden van oorlogsmisdaden door wapens te leveren aan Israël,” zei Erika Guevara-Rosas.

“Verschillende families van slachtoffers zeiden dat de strijd voor een zekere mate van gerechtigheid het enige is dat hen op de been houdt ondanks hun verlies, en benadrukten het belang van het aanpakken van de langdurige straffeloosheid voor oorlogsmisdaden en andere misdaden onder internationaal recht door Israëlische strijdkrachten. Dit betekent onder meer dat het Bureau van de Aanklager van het Internationaal Strafhof dringend het onderzoek naar bewijzen van oorlogsmisdaden en andere misdaden onder internationaal recht door alle partijen moet bespoedigen.”

Achtergrond

Naast deze vier aanvallen heeft Amnesty International sinds 7 oktober 2023 verschillende andere gevallen gedocumenteerd waarbij Israëlische troepen onwettige aanvallen uitvoerden waarbij burgers werden gedood en verwond. De onophoudelijke bombardementen vinden plaats in het kader van de belegering van Gaza; de opzettelijke ontzegging van toegang tot water en voedsel die heeft bijgedragen aan ernstige honger en het toenemende risico op hongersnood; en de vernietiging van gezondheids- en onderwijsfaciliteiten samen met andere kritieke infrastructuur.

Opeenvolgende golven van massale ontheemding hebben Rafah veranderd in het meest overbevolkte gebied van Gaza, waar meer dan een miljoen mensen onder erbarmelijke omstandigheden leven. Het overgrote deel van hen is ontheemd en leeft onder andere in geïmproviseerde tenten en scholen. De bevolking van het gebied is vervijfvoudigd ten opzichte van de vooroorlogse bevolking. Als Israëlische strijdkrachten een grondoperatie starten in Rafah, zijn de gevolgen zeer waarschijnlijk catastrofaal zowel voor de ontheemden, die nergens heen kunnen, als voor het hele hulpsysteem, dat al tot het uiterste is uitgerekt.

Op 7 oktober 2023 lanceerden Hamas en andere gewapende groeperingen willekeurig raketten en stuurden ze strijders naar het zuiden van Israël en begingen ze oorlogsmisdaden, zoals het opzettelijk massaal doden van burgers en gijzelingen. Volgens Israëlische autoriteiten zijn er ten minste 1.139 mensen gedood en meer dan 200 mensen, voornamelijk burgers, waaronder 33 kinderen, als gijzelaars genomen door Hamas en andere gewapende groepen in Gaza. Vanaf 1 december waren 113 gijzelaars die door Hamas en andere gewapende groepen in Gaza werden vastgehouden vrijgelaten en werden 240 Palestijnse gedetineerden en gevangenen in Israëlische gevangenissen vrijgelaten als onderdeel van een overeenkomst tijdens een 'humanitaire pauze' die op 24 november begon en eindigde op 1 december.

Lees ook

Meer nieuws