Afbeelding
© Anadolu via Getty Images
Actueel

Autoriteiten Jordanië treden hard op tegen pro-Gaza protesten

11 april 2024

De Jordaanse autoriteiten moeten onmiddellijk het harde optreden tegen pro-Gaza protesten staken en tientallen activisten vrijlaten die onrechtmatig worden vastgehouden enkel en alleen vanwege hun vreedzame kritiek op het regeringsbeleid ten aanzien van Israël. Dit meldt Amnesty International vandaag.

Sinds 7 oktober 2023 hebben de Jordaanse autoriteiten ten minste 1.500 mensen gearresteerd waaronder ongeveer 500 die sinds maart werden vastgehouden na massale protesten buiten de Israëlische ambassade in Amman in maart.

‘De Jordaanse regering moet direct iedereen vrijlaten die sinds oktober 2023 willekeurig wordt vastgehouden vanwege pro-Palestijns activisme. De regering moet ervoor zorgen dat demonstranten en activisten de vrijheid hebben om vreedzaam kritiek te leveren op het regeringsbeleid, zonder dat veiligheidstroepen ze aanvallen of met geweld arresteren,’ zegt Reina Wehbi van Amnesty International.

DEMONSTRATIES MET GEWELD GESTOPT

Afgelopen maart vonden er enorme protesten plaats buiten de Israëlische ambassade in Amman, de hoofdstad van Jordanië. Op door Amnesty International geverifieerde video’s is te zien hoe Jordaanse veiligheidstroepen op 25, 26 en 27 maart demonstraties uiteendreven met traangas en wapenstokken. Demonstranten werden achtervolgd, geslagen en van de straat verwijderd.

Tussen 24 en 27 maart werden minstens 165 demonstranten aangehouden. Volgens advocaten van gedetineerden zijn sindsdien nog vele mensen opgepakt. Tientallen mensen worden nog steeds vastgehouden in afwachting van hun proces, terwijl minstens 21 mensen in onwettige administratieve detentie worden gehouden op bevel van de gouverneur van Amman ondanks het feit dat de openbare aanklager hun vrijlating heeft toegestaan.

NIEUWE BEPERKINGEN PRO-PALESTIJNSE PROTESTEN

Advocaten en activisten vertelden Amnesty International dat de Jordaanse autoriteiten onlangs ook nieuwe beperkingen hebben opgelegd aan pro-Palestijnse protesten. Zo is het nu verboden om de Palestijnse vlag en spandoeken met bepaalde leuzen vast te houden. Kinderen jonger dan 18 jaar mogen niet meer meedoen en de protesten moeten om middernacht stoppen.

STRENGE CYBERCRIME-WET

Tientallen demonstranten zijn ook aangeklaagd omdat ze pro-Palestijnse berichten plaatsten op sociale media, online kritiek uitten op het vredesakkoord van de Jordaanse autoriteiten met Israël of opriepen tot vreedzame protesten en openbare stakingen. Deze aanklachten gebeuren op grond van de onderdrukkende Jordaanse cybercrime-wet. Deze wet criminaliseert elke uiting die een belediging kan vormen voor wetshandhavers.

ONDERZOEK VAN AMNESTY INTERNATIONAL

Amnesty International onderzocht de zaken van zes personen die werden vastgehouden op valse beschuldigingen die verband hielden met hun deelname aan pro-Palestijnse protesten of berichten op sociale media. Ook interviewde Amnesty International vier advocaten en andere specialisten en bekeek tenlasteleggingen, gerechtsdocumenten en social-mediaberichten van de verdachten.

‘ZE BEHANDELDEN ME ALS EEN MISDADIGER’

In één geval dagvaardde het Directoraat Openbare Veiligheid op 25 maart de journalist Khair Eddine al-Jabri zonder de reden bekend te maken. Al-Jabri vertelde Amnesty International dat hij werd ondervraagd zonder de aanwezigheid van zijn advocaat en vervolgens werd overgebracht naar de cyberveiligheidseenheid van de recherche. Noch zijn advocaat, noch zijn familie werden op de hoogte gebracht van zijn verblijfplaats.

Bij de cybercrime-eenheid ondervroegen agenten hem over zijn online activiteiten en zijn berichtgeving over pro-Palestijnse protesten zei al-Jabri. De volgende dag moest al-Jabri voor de openbare aanklager verschijnen, die hem beschuldigde van het gebruik van sociale mediaplatforms om "een officiële instantie te belasteren" en "aan te zetten strijd, opruiing en haat en de maatschappelijke vrede te bedreigen " op grond van de artikelen 15 en 17 van de cybercrimewet . De aanklager verzocht om zijn opsluiting voor zeven dagen in de Marka gevangenis in Amman. Al-Jabri werd op 30 maart op borgtocht vrijgelaten, maar kreeg een reisverbod opgelegd in afwachting van zijn proces voor een strafrechtbank.

‘In mijn dossier stond dat ik zeer streng beveiligd moest worden en dat mijn handen op mijn rug gebonden moesten worden. Dit deden de bewakers dan ook. Ze behandelden me als een misdadiger’ vertelde al-Jabri aan Amnesty International. Al-Jabri moest onder onmenselijke omstandigheden een cel delen met meer dan vijftig andere gedetineerden. Hij mocht, in tegenstelling tot de andere gedetineerden, geen spullen zoals kleding of zeep van zijn familie ontvangen.

GEVANGENISSTRAF ZONDER TUSSENKOMST RECHTER

In een ander geval arresteerden veiligheidsagenten in burgerkleding op 26 maart activist Ibrahim Shdeifat terwijl hij op weg was naar de pro-Palestina protesten buiten de Israëlische ambassade in Amman. Toen Ibrahims broer, Siraj Eddine, en een neef een veiligheidsagent vroegen waar hij was, werden ze allebei gearresteerd. Zijn neef werd uren later vrijgelaten, maar Siraj Eddine en Ibrahim blijven in hechtenis omdat ze de veiligheidstroepen de toegang tot hun mobiele telefoons hebben geweigerd.

Volgens hun familie werden zowel Siraj Eddine als Ibrahim in administratieve detentie geplaatst in de Marka gevangenis nadat ze later hadden geweigerd om beloftes te ondertekenen dat ze in de toekomst geen protesten meer zouden organiseren of eraan zouden deelnemen. Volgens de Jordaanse misdaadpreventiewet uit 1954 mogen lokale gouverneurs mensen op administratief bevel vasthouden met beperkte rechterlijke toetsing, waardoor het strafrechtsysteem wordt omzeild.

Op 1 april ontdekte hun advocaat dat Ibrahim was overgeplaatst naar de Al-Muwaqqar gevangenis en Siraj Eddine naar de Rumaymin gevangenis. Beide gevangenissen liggen meer dan 30 kilometer buiten Amman, waardoor het voor hun advocaat en familie moeilijker is om hen te bezoeken.

"Toen we hen bezochten, vertelden ze ons dat ze als misdadigers werden behandeld. Tijdens hun overplaatsing werden hun handen achter hun rug gebonden en hun voeten vastgebonden. Dit is allemaal overdreven strafrechtelijke behandeling", vertelde de familie van Ibrahim en Siraj Eddine aan Amnesty International. Een coalitie van families van gedetineerden, waaronder de familie van Ibrahim en Siraj Eddine, heeft een rechtszaak aangespannen tegen de gouverneur van Amman om de administratieve detentie van hun geliefden aan te vechten. De openbare aanklager weigerde echter de aanklacht te registreren en stelde de behandeling ervan uit tot na de Eid-feestdagen.

OPGEPAKT OM BERICHT OP FACEBOOK

In een derde zaak werd Ayman Sanduka op 21 december 2024 gearresteerd nadat hij een Facebook-post had geschreven, gericht aan de Jordaanse koning, waarin hij kritiek uitte op de relatie van Jordanië met Israël. Op 12 februari beschuldigde de openbare aanklager van de rechtbank voor Staatsveiligheid hem van "aanzetten tot verzet tegen het politieke regime" op grond van artikel 149 van het Strafwetboek. Veiligheidstroepen brachten hem ook over naar de Attafilah gevangenis, meer dan 128 km buiten Amman. Ze onderwierpen hem tijdens de overplaatsing aan verbale vernederingen en bonden zijn voeten en handen achter zijn rug, vertelde zijn advocaat aan Amnesty International.

Sanduka wordt nog steeds vastgehouden en moet terechtstaan voor de rechtbank voor Staatsveiligheid. Dit is een speciale militaire rechtbank die niet voldoet aan de internationale onafhankelijkheid- en onpartijdigheidsbeginselen.
Daarnaast veroordeelde een strafrechtbank in april een Jordaanse vrouw tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van drie maanden op grond van de cybercrimewet en legde haar een reisverbod op in verband met berichten op X (voorheen Twitter) waarin ze de veiligheidstroepen bekritiseerde en opriep tot protest.

Advocaten vertelden Amnesty International dat verschillende andere activisten nog steeds worden vastgehouden door de inlichtingendiensten en geen toegang hebben tot hun advocaten of familie.

SUIKERFEEST ACHTER DE TRALIES

"Deze zaken onthullen de ernst van het optreden van de Jordaanse autoriteiten tegen pro-Palestijnse demonstranten en brengen flagrante schendingen van het recht op een eerlijk proces aan het licht, mishandeling van gedetineerden en een onmiskenbaar patroon van mishandeling en rechtsweigering. Er moet nu een einde komen aan de onderdrukking. Degenen die onrechtmatig worden vastgehouden zouden de Eid-dag met hun families moeten vieren in plaats van achter de tralies," zei Reina Wehbi.

Lees ook

Meer nieuws