Meer dan twee jaar geleden werd een vreedzame Pride-bijeenkomst in Ankara door de politie met geweld beëindigd. Ze gebruikten pepperspray, plastic kogels en traangas. Achttien deelnemers werden opgepakt. ‘Het vonnis van vandaag is een overwinning voor gerechtigheid, maar deze langdurige juridische strijd had nooit mogen plaatsvinden’, zegt Massimo Moratti van Amnesty International.
Tijdens Amnesty’s Schrijfmarathon in 2019 werd wereldwijd actiegevoerd voor Melike Balkan en Özgür Gür. Ze riskeerden tot 3 jaar celstraf omdat ze een sit-in gelinkt aan de Pride organiseerden aan hun universiteit en opkomen voor de rechten van LGBTI+'ers.
De biologiestudenten Balkan en Gür verdedigden LGBTI+-rechten (lesbisch, homo, bi, trans, intersekse, queer, e.a.). Ze sloten zich aan bij de solidariteitsgroep voor LGBTI+'ers van de Technische Universiteit in Ankara (METU). Sinds 2011 organiseert de solidariteitsgroep een jaarlijkse Pride-mars op de campus, maar in 2019 verbood de universiteit de mars. Een groeiend aantal studenten in Turkije steunt LGBTI+'ers, terwijl in het land homofobie een opmars maakt en de vrijheid van meningsuiting er steeds vaker ingeperkt wordt.
De solidariteitsgroep liet zich niet afschrikken door het verbod en organiseerde een Pride sit-in. Daarop schakelde de universiteit de politie in, die met buitensporig geweld optrad tegen de vreedzame deelnemers. Zeker 23 studenten werden gearresteerd, onder wie Melike Balkan en Özgür Gür. De studenten uitten alleen hun recht op vreedzaam protest. Desondanks werden 18 van hen vervolgd, evenals een academicus die deelnam.