Syrië: geen gevaar meer voor foltering of mishandeling
De Koerdische politieke activisten Sa’dun Sheikhu en Mohammad Sai’d ‘Omar zitten niet langer incommunicado opgesloten. Ze wachten op hun proces.
De mannen zitten nu in de ‘Adra gevangenis in de hoofdstad Damascus. Daarvoor werden bijna vier en een halve maand incommunicado vastgehouden na hun arrestatie op 25 oktober 2008. Ze zaten er opgesloten in een ondervragings- en detentiecentrum in Damascus dat geleid wordt door de militaire inlichtingendienst, en berucht is voor foltering. Ze zouden echter niet gemarteld of mishandeld zijn. Ze werden wel verbaal beledigd en geïntimideerd. Ze mochten tweemaal hun familie en hun advocaten ontmoeten.
Op 10 februari heeft de officier van justitie hen beschuldigd van “het verzwakken van nationale gevoelens” (krachtens artikel 285 van het Syrisch Strafwetboek), het oprichten van een “organisatie met als doel het veranderen van de financiële of sociale status van de staat” (artikel 306) en het “aanzetten tot sektarische conflicten” (artikel 307). Men gaat ervan uit dat beide mannen aangehouden werden vanwege hun vreedzame activiteiten als prominente leden van de Koerdische Vrijheidspartij in Syrië.
Amnesty International meent dat Sa’dun Sheikhu en Mohammad Sai’d ‘Omar niet langer het risico lopen gefolterd of mishandeld te worden. We zullen niettemin hun zaak nauwlettend blijven volgen.
