Republiek Congo: Metssa Congo recyclagefabriek wordt onderzocht na rapport van Amnesty International
Het Ministerie van Milieu van Congo is een technische onderzoeksmissie gestart naar de recyclagefabriek Metssa Congo in Vindoulou, regio Pointe-Noire, naar aanleiding van gezondheidsrisico's gedocumenteerd door Amnesty International.
“We verwelkomen het besluit van het ministerie van Milieu om dit onderzoek uit te voeren, dat volgt op de totale schorsing van de activiteiten van de fabriek vanwege ernstige gezondheidsrisico's die in juni 2024 door Amnesty International zijn gedocumenteerd”, reageert Samira Daoud, regionaal directeur West- en Centraal-Afrika van Amnesty International.
“De autoriteiten moeten het onderzoeksrapport openbaar maken en, afhankelijk van de bevindingen, ervoor zorgen dat er effectieve oplossingen komen voor degenen die schade hebben geleden door de activiteiten van Metssa Congo in Vindoulou. Dit kan bestaan uit financiële compensatie, toegang tot medische behandeling of andere passende initiatieven.”
“In het geval dat het bedrijf moet verhuizen om verdere gezondheidsrisico's te voorkomen, moet ervoor gezorgd worden dat de fabriek, die op 50 meter van een school staat, verplaatst wordt naar een industriegebied dat voldoet aan de wettelijke normen en aan de verantwoordelijkheden van het bedrijf op het gebied van mensenrechten, zodat deze schade zich niet herhaalt.”
“Gezien de plannen van de Republiek Congo om haar industriële activiteiten te diversifiëren, roept Amnesty International de autoriteiten op om ervoor te zorgen dat bedrijven zich verantwoordelijk gedragen en hun verplichtingen en verantwoordelijkheden op het gebied van milieu en mensenrechten nakomen volgens de internationale en Congolese wetgeving”, besluit Samira Daoud.
Achtergrond
Een groep inwoners van Vindoulou, in de regio Pointe-Noire, klaagt al jaren over de dampen die vrijkomen uit de recyclagefabriek Metssa Congo. De dochteronderneming van het Indiase bedrijf Metssa, produceert loden staven voor de export naar verschillende landen, waaronder de Verenigde Staten.
In juni 2024 publiceerde Amnesty International een rapport over de situatie van milieu-, economische en sociale rechten van de bevolking die in de buurt woont van industriële bedrijven in de regio Pointe-Noire. Daaruit bleek dat Metssa Congo geen milieueffectrapportage had uitgevoerd voordat het zich daar in 2013 vestigde, wat in strijd is met de Congolese wet. Het bedrijf beweerde in 2018 een vergunning te hebben gekregen en in 2023 een milieucertificaat, 10 jaar nadat het met zijn activiteiten was begonnen.
In 2023 werden bloedmonsters van 18 mensen die in de buurt van de fabriek woonden, waaronder kinderen, geanalyseerd door een onafhankelijk laboratorium met steun van Amnesty International. Alle monsters lieten loodconcentraties zien die ver boven de drempelwaarde van de Wereldgezondheidsorganisatie lagen. Het bedrijf beweerde dat de dampen die uit de fabriek kwamen niet giftig waren.