Afbeelding
POST-KEULEN: Wat moet u onthouden?
Uit de beweging

POST-KEULEN: Wat moet u onthouden?

25 januari 2016

Honderden vrouwen werden op Silvesternacht in Keulen aangerand en bestolen door een georganiseerde mannenmassa, enkelen zelfs verkracht. Over welk misdrijf ging het hier? Volgens getuigenissen hadden de daders geen normbesef. In ieder geval kunnen we de gebeurtenissen klasseren onder de categorie seksueel geweld.

Berichtgeving: van stilte tot storm

Gelukkig was ik niet de enige die geshockeerd was na de berichtgeving over de gebeurtenissen op ‘Silvesternacht’ in Keulen. De Keulse politie stond erbij en keek ernaar. Vragen bleven me achtervolgen: als het niet een dergelijke grote omvang had gehad, hadden we het dan wel geweten? Had de Duitse nationale media het wel opgepikt als er geen asielzoekers bij waren betrokken? Over welk misdrijf gaat het hier, is dit bekend bij de politie, wordt er wel voldoende ruchtbaarheid aan gegeven door de slachtoffers?

Na een hele week de zaak te volgen of dit alleszins te hebben geprobeerd , was het moeilijk om de bomen door het bos te zien. Mijn aandacht ging in eerste instantie uit naar het misdrijf. Maar ook andere problematieken kwamen naar boven: de machteloosheid van de politie; het statuut van de daders; de berichtgeving van de politie en van de Duitse media en het zelfbeschikkingsrecht van de vrouw. Tussen 5 januari en 11 januari ging het snel: artikels, opinies, interviews en getuigenissen stapelden zich op. Zoals Maartje Luif het neerschrijft in De Standaard: ‘door het internet is de omloopsnelheid van maatschappelijke discussies gigantisch. Er is altijd wel weer iemand die ergens iets van vindt en het is zelden onbelangrijk.’

Een misdrijftrend?

Over welk misdrijf ging het hier? Volgens getuigenissen hadden de daders geen normbesef. Soms ging het heel snel. Slachtoffers werden op een brute manier aangeraakt op hun intieme delen. Sommigen waren zelfs hun onderbroek kwijt1. In de nasleep komen er twee termen naar boven: antänzen (de ‘Antanz-trick’) en seksuele steaming. Sinds de voorbije twee jaren staan er bendes in Duitsland bekend als antänzer. Zij maken dan gebruik van lichamelijk contact om hun slachtoffers te beroven, bijvoorbeeld tijdens het dansen of tijdens een partij voetbal . Bij steaming gaat het meer over een machtsspelletje: kleine groepjes intimideren een individu tot die persoon doet wat het groepje vraagt, vaak worden er waardevolle spullen afgepakt, kortom groepsdwang. We spreken van seksuele steaming wanneer dit gepaard gaat met seksueel geweld. Volgens criminoloog Brice de Ruyver is het nog te vroeg om te spreken van een misdaadtrend. Er kan ook nog niet met duidelijkheid gezegd wat er juist is gebeurd in Keulen en welke dadertypes aan het werk waren. De nadruk lag blijkbaar meer op het aanranden van de slachtoffers dan op het louter beroven dus het betreft hier niet meteen seksuele steaming.

Seksueel geweld op de radar

In ieder geval kunnen we deze gebeurtenissen klasseren onder de categorie seksueel geweld. Onder de campagne My body, My Rights zet Amnesty de seksuele en reproductieve rechten van iedereen in de kijker. Dit is niet alleen het recht om te doen met je lichaam wat je wil, maar ook om vrij te zijn van seksueel geweld. Tot op vandaag blijft seksueel geweld ook in België nog te veel onder de radar. Volgens de meest recente veiligheidsmonitor blijkt dat 90% van de seksuele delicten niet worden aangegeven aan de politie. Slachtoffers hebben vaak te weinig stimulans om de drempels die ze zelf ervaren, te overwinnen en op zoek te gaan naar gerechtigheid. Een op de vier vrouwen minimaliseert seksueel geweld of heeft angst voor onbegrip of stigmatisering.

Dit is ook te zien na de gebeurtenissen in Keulen. Twaalf dagen na de feiten valt het op dat er veel slachtoffers naar huis gegaan zijn zonder klacht in te dienen. Op 1 januari hebben er tientallen slachtoffers klacht ingediend wegens diefstal en aanranding. Drie dagen later, bij de publicatie in de Duitse nationale media, wordt er gesproken van 60 meldingen. Daarna gaat het in stijgende lijn: op 5 januari zijn het er 90, op 6 januari 121, op 10 januari 516 en op 12 januari zijn er 650 meldingen. Wat was de stimulans voor die vrouwen om toch klacht neer te leggen? We laten even het feit buiten beschouwing dat er na een traumatische ervaring niet altijd meteen klacht wordt ingediend. Maar het valt wel op dat naarmate de berichtgeving (in de nationale media) op gang wordt getrokken (5-7 januari) meer meldingen binnenkomen.

De rol van de media

Wanneer iemand slachtoffer is van een misdrijf, is het belangrijk dat de maatschappij de betrokkene helpt. Dit schrijft Benjamin Maack op Der Spiegel Online. Een dader moet zo goed mogelijk beschreven worden opdat de rechtstaat hen ter verantwoording kan roepen. Bijvoorbeeld: de dader is ongeveer 20 jaar oud, van vreemde origine en heeft een getaande huidskleur. Hij is 1,80 meter lang en normaal gebouwd. In Keulen houdt de nu reeds ontslagen politiecommissaris Wolfgang Albers drie dagen na de feiten een persconferentie. Hij meldt er dat tientallen vrouwen aangerand en beroofd zijn. Enerzijds spreekt hij over ‘een volledig nieuwe dimensie van geweld tegen vrouwen’ en anderzijds meldt hij uit welke regio de vermoedelijke daders afkomstig zijn: ze komen ‘overwegend uit het Noord-Afrikaanse of Arabische gebied’. Op beide opmerkingen komt er externe commentaar maar vooral op de laatste opmerking reageert de publieke opinie heftig. Volgens de stelling van Maack helpt dergelijke beschrijving niet bij de opheldering van de incidenten, want hoe ziet een persoon uit Noord-Afrika er eigenlijk uit? Dit is echter niet de grote zorg van de publieke opinie: getuigen geven aan dat de aanvallers Arabisch praatten en ‘Ficki ficki’ zeiden en/of andere seksueel getinte zinnen. Daaruit wordt afgeleid dat het hier ging om asielzoekers. Hun betrokkenheid wordt niet uitdrukkelijk vermeld door de commissaris en het lijkt erop dat men dit wilt verzwijgen. Een regelrechte ‘schande’ die sommige agenten ertoe aanzet om een intern rapport te lekken aan de Duitse krant Bild om het tegendeel te bewijzen. Die ‘doofpotoperatie’ was ook de aanleiding voor een ‘kwade’ open brief van een slachtoffer gericht naar de Duitse bondsregering, waarbij het slachtoffer uithaalt dat er ook vluchtelingen2 aanwezig waren onder de daders.

Bijgevolg meldt de politie op vrijdag dat 31 personen werden geïdentificeerd en in verdenking gesteld van diefstal en geweld. Daarvan weten we hun nationaliteit en hoeveel ervan asielzoekers zijn, blijkbaar meer dan de helft. Daarentegen is er een week later nog altijd geen bijkomende achtergrondinformatie bekend over deze daders (maken ze deel uit van een bende, hebben ze een strafblad, zijn het veelplegers, …). Wel staat vast dat bijna alle verdachten van buitenlandse afkomst zijn.

Een politiek beladen thema

Was het verzwijgen van de aanwezigheid van asielzoekers een beslissing ingegeven omwille van politieke redenen? In oktober 2015 had een man met extreemrechtse sympathieën de burgemeester van Keulen, Henriette Reker, nog neergestoken. Hij achtte haar verantwoordelijk voor het ‘te open’ vluchtelingenbeleid. De commissaris kan ook besloten hebben om voorlopig geen melding daaromtrent te doen om de rust te laten weerkeren in de stad. Tevergeefs: een paar dagen later krijgt de Keulse politie onrechtstreeks ‘steun’ uit Zweden. De Zweedse politiechef opent zijn doofpot met de boodschap dat de Zweedse politie heeft gezwegen over een massa-aanranding van een groot aantal vrouwen en meisjes op een festival in Stockholm vier maanden geleden. Daar waren de daders ‘geen Zweden’. De beslissing om dit niet bekend te maken werd genomen met in het achterhoofd de gedachte dat de waarheid de (extreemrechtse) Zweden Democraten in de kaart kon spelen. Eigenlijk shockeert dit bericht me nog meer. De Zweedse politie acht het niet nodig om dergelijke massa-aanranding publiek te maken louter om politieke redenen?

In vergelijking met andere massa-aanrandingen op andere grotere evenementen (Oktoberfest in München of mini-oktoberfest in Alkmaar), is het helaas de realiteit vandaag dat de gebeurtenissen in Keulen en Zweden eerder op de voorpagina zullen komen omwille van de origine van de daders (in dit geval asielzoekers) en de hedendaagse politieke setting daaromtrent dan de aard van misdrijf dat erachter zit. Dit heeft een positieve en negatieve zijde. Positief is het feit dat seksuele agressie hierdoor wel meer aandacht krijgt. Betrokkenen merken dat ze niet alleen zijn en krijgen het gevoel dat er op grote schaal misschien meer middelen zullen worden ingezet om de daders te bestraffen in tegenstelling tot bij een individueel gebeuren. Het louter bekendmaken van seksueel geweld of seksistische criminaliteit mag niet onderschat worden. In eerste instantie moet de maatschappij de betrokkene helpen. Dit kan een impact teweegbrengen op de betrokkene zelf, maar ook op de houding van de samenleving ten aanzien van dit soort geweld. Zoals Ida Dequeecker neerschrijft, nu bestaat er daartegenover een ontstellende alledaagsheid.

De kern

Er mag echter geen onevenwicht groeien tussen de berichtgeving over de origine van de dader en de aard van het misdrijf. In het geval van Keulen wordt het misdrijf aangegrepen om in te spelen op een taboe: de link tussen migratie en seksueel geweld. In 2011 publiceerde H.K. Rohde, een voormalige politiechef uit Oslo, een rapport dat zou aantonen dat er een duidelijke statistische connectie bestond tussen seksueel geweld en mannelijke immigranten afkomstig uit landen die geen waarde geven aan vrouwen. Zo wordt de Islamitische cultuur gelinkt aan seksueel geweld. Vijftig jaar na de migratie van Noord-Afrikaanse families, kan bij ons nochtans niet worden aangetoond dat seksueel geweld is gestegen onder deze migratie of beter dat het meer een probleem zou zijn bij de moslimgemeenschap dan daarbuiten. Seksueel geweld blijft iets van alle culturen. Dergelijke aanrandingen of schunnige uitspraken zijn eerst en vooral een daad van seksistische criminaliteit. Deze criminaliteit is een uiting van seksisme. Seksisme vloeit voort uit de ongelijke relatie tussen mannen en vrouwen. Vandaag de dag is die er - ook in onze eigen cultuur - nog steeds. Dat mag luidop gezegd worden ongeacht of er nu op mij de stempel #zeikwijf wordt geplakt. Deze aanrandingen worden gelinkt aan het zelfbeschikkingsrecht van vrouwen over hun lichaam. Theoretisch zou die er moeten zijn maar in de praktijk is dit niet het geval. In sommige discussies die ik heb gehad, werd er met een beschuldigend vingertje gewezen naar de manier waarop vrouwen zich kleden. Impliciet werd daarbij meegegeven dat vrouwen daardoor zelf een risico nemen. Maar los van cultuur of kleur is de aanrander de enige schuldige. De dader is diegene die de wet overtreedt en houdt dan ook best een armlengte afstand.

1 Het Laatste Nieuws, Deredactie.be

2 Een verduidelijking van deze term vind je hier.

Auteur: Joke Blockx - Themateam Vrouwenrechten

Lees ook

Meer nieuws