Afbeelding
© Amnesty International
Persbericht

Meeste Belgen steunen het recht op protest, maar twijfelen aan impact

17 juni 2025
  • 60% van de ondervraagden vindt het recht om te protesteren essentieel voor een gezonde samenleving
  • 74% heeft al deelgenomen aan minstens één vorm van protest
  • 80 % beschouwt staken als een belangrijke vorm van protest

Zes op de tien Belgen (60%) vinden het recht op protest essentieel voor een gezonde samenleving. Dat blijkt uit een nieuwe peiling door IPSOS in opdracht van Amnesty International. Ondanks die brede steun waarschuwt Amnesty dat protest in België steeds vaker onder druk komt te staan, door overregulering en de handhaving ervan.

“Een van de belangrijkste bevindingen van deze enquête is dat de Belgen, ongeacht hun politieke oriëntatie, duidelijk gehecht zijn aan hun recht om te protesteren. Helaas zien we dat vreedzaam protest ook in ons land steeds meer onder druk komt te staan”, waarschuwt Wies De Graeve, directeur van Amnesty International Vlaanderen.

“Daarom is het belangrijk om machthebbers eraan te herinneren dat protest geen gunst is van de overheid, maar een recht van de burger waar voorgaande generaties voor gestreden hebben.”

3 op de 4 Belgen hebben al deelgenomen aan een protest

Drie op de vier ondervraagden (74%) hebben al deelgenomen aan een protest. Eén op de vier (25%) deed dat nog in de zes maanden voorafgaand aan het onderzoek. Petities (56%), demonstraties (37%) en boycots (38%) zijn de populairste vormen van protest.

Uit het onderzoek blijkt ook dat een aanzienlijk deel van de respondenten gebruik maakt van hun recht om te protesteren vanwege een sterk geloof in de zaak (34%) en/of als reactie op een moreel gevoel van verplichting (26%). De belangrijkste beweegredenen die mensen aangeven voor hun protest zijn economisch (inflatie, werkloosheid, belastingen: 56%), gevolgd door sociale (discriminatie, huisvesting: 39%) en milieukwesties (39%).

Burgerlijke ongehoorzaamheid is belangrijk voor 65% van de respondenten. Geweld wordt duidelijk afgewezen (58%). Ondanks de brede steun voor protest voelt slechts een minderheid (26%) dat hun acties concrete verandering teweegbrengen.

“Vreedzaam protest speelt een essentiële rol in het verkrijgen en verdedigen van vele rechten en vrijheden. Alleen al in België staat de geschiedenis bol van de voorbeelden, zoals het algemeen stemrecht voor vrouwen, dat in 1948 na jarenlange strijd werd verworven. En hoe zou de invoering van de eerste betaalde vakanties denkbaar zijn zonder de enorme arbeidersmobilisatie van 1936? Op dezelfde manier is het overduidelijk dat het respect voor de rechten van LGBTI+ mensen niet zou zijn wat het vandaag is zonder protestbewegingen zoals Pride”, benadrukt Wies De Graeve.

Zorgen over toenemende beperkingen

Geweld door zowel protesteerders als politie wordt afgewezen door een meerderheid van de ondervraagden. Bijna een vijfde van de ondervraagden (18%) vindt evenwel dat politie geweld moet kunnen gebruiken om een einde te maken aan een vreedzaam protest.

“Volgens het internationaal recht is de belangrijkste taak van de ordehandhavers om ervoor te zorgen dat het recht om te demonstreren in alle veiligheid en vrijheid kan worden uitgeoefend. Het uiteendrijven van een bijeenkomst mag alleen worden uitgevoerd als er een dringende noodzaak is en als alle andere middelen hebben gefaald om een legitiem doel te bereiken. Geweld gebruiken tegen vreedzame betogers is eigenlijk uit den boze. De politie mag immers enkel geweld gebruiken als werd voldaan aan de principes van legaliteit, noodzakelijkheid en proportionaliteit”, duidt Wies De Graeve.

“Helaas komt politiegeweld ook in België voor. Zo werd een demonstratie in de buurt van de Israëlische ambassade in Ukkel gewelddadig uiteengedreven met het waterkanon en traangas. De burgemeester zei dat er geen toestemming was gegeven voor de demonstratie. Dat zo’n toestemming niet werd afgeleverd, is volgens Amnesty zeker geen voldoende reden om over te gaan tot beëindigen of uiteendrijven, laat staan tot het gebruik van geweld.”

Recht op protest overgereguleerd en onvoldoende beschermd

In het algemeen komen de Belgische autoriteiten hun verplichtingen om het recht op betoging te respecteren, te beschermen en te vergemakkelijken onvoldoende na. Vreedzame demonstraties zijn onderworpen aan verplichtingen en beperkingen die noodzakelijk noch evenredig zijn.

“Terwijl de Belgen zich goed bewust zijn van het essentiële karakter van het recht om te protesteren, blijkt dat niet steeds te kloppen voor de autoriteiten. Zo leggen veel gemeentes de verplichting op om toestemming te vragen om in het publiek te mogen demonstreren. Het idee dat je toestemming moet vragen om een mensenrecht uit te oefenen, holt het principe uit. Bovendien stelt het demonstranten bloot aan sancties voor het niet naleven van administratieve regels en aan onrechtmatig ingrijpen door politie. De combinatie van overregulering enerzijds en het handhaven van die regels anderzijds, zorgt dat het recht om te betogen in ons land wordt ingeperkt.”

“De nieuwe regering overweegt om een gerechtelijk verbod om te demonstreren mogelijk te maken - een gevaarlijke wetswijziging die door de vorige regering werd opgegeven. Ze willen ook gezichtsherkenningstechnologie gebruiken – een technologie die wereldwijd wordt gebruikt om protest en dissidentie lam te leggen. Het blijft daarom van vitaal belang dat we het recht op protest blijven verdedigen”, besluit Wies De Graeve.

Lees ook

Meer nieuws