Kameroen: Amnesty-rapport onthult zware folteringen in strijd tegen Boko Haram

Kameroen: Amnesty-rapport onthult zware folteringen in strijd tegen Boko Haram

Rapport
  • Gevangenen worden onder meer afgeranseld, langdurig gedwongen in pijnlijke houdingen en onderworpen aan schijnverdrinking. Sommigen overleven de folteringen niet.

  • Grootschalige martelpraktijken op 20 plaatsen, waaronder vier militaire basissen, twee gebouwen gerund door de inlichtingendiensten, een privéwoning en een school.

  • Oproep tot de VS en andere internationale partners om te onderzoeken of hun militairen op de hoogte zijn van foltering op één van de basissen.

In Kameroen worden honderden mensen die beschuldigd worden van steun aan Boko Haram – vaak zonder dat daar enig bewijs voor is – brutaal gefolterd door de veiligheidsdiensten. Dit zegt Amnesty International in een nieuw rapport, getiteld ‘Cameroon’s secret torture chambers: human rights violations and war crimes in the fight against Boko Haram’.

Het rapport beschrijft 101 gevallen van mensen die tussen 2013 en 2017 totaal geïsoleerd van de buitenwereld opgesloten zaten en gefolterd werden, op meer dan twintig verschillende plaatsen. Het rapport steunt daarvoor op tientallen getuigenissen, satellietbeelden en bewijsmateriaal op foto en video.


"Niets kan de wrede en wijdverspreide folterpraktijken rechtvaardigen van de veiligheidsdiensten tegenover gewone Kameroeners"


“We hebben herhaaldelijk en ondubbelzinnig de gruweldaden en oorlogsmisdaden veroordeeld die Boko Haram in Kameroen heeft begaan. Maar niets kan de wrede en wijdverspreide folterpraktijken rechtvaardigen van de veiligheidsdiensten tegenover gewone Kameroeners, die dikwijls zonder enig bewijs worden gearresteerd en onvoorstelbare pijn moeten lijden”, zegt Alioune Tine,  Amnesty’s directeur voor West- en Centraal-Afrika.

“Deze verschrikkelijke misbruiken moeten worden beschouwd als oorlogsmisdaden. De bewijzen die we hebben gevonden, zijn zo ernstig dat de autoriteiten onafhankelijke onderzoeken moeten instellen naar deze folterpraktijken. De verantwoordelijken moeten vervolgd worden.”
Amnesty International heeft in april 2017 zijn onderzoeksresultaten schriftelijk aan de Kameroense autoriteiten bezorgd. Er kwam geen antwoord en alle verzoeken om een ontmoeting werden daarna afgewezen.

Amnesty International schat dat Boko Haram sinds 2014 in Kameroen meer dan 1.500 burgers heeft gedood en nog veel meer burgers heeft ontvoerd.

“Beslissen over leven en dood van elke gevangene”

Slachtoffers beschreven aan Amnesty minstens 24 foltermethoden waar ze aan werden onderworpen. Een veel voorkomende pijnlijke lichaamshouding die gevangenen moesten aannemen, noemen ze “de geit”. Daarbij worden de armen en benen achter de rug vastgebonden en daarna worden de gevangenen afgeranseld. Een andere techniek heet “de schommel”: de slachtoffers worden aan touwen opgehangen, hun ledematen vastgebonden achter de rug, waarna ze worden geslagen.

Stills uit een video waarin een man wordt weggevoerd door BIRagentenStills uit een video waarin een man wordt weggevoerd door BIR-agenten

De overgrote meerderheid van de slachtoffers werd gefolterd in twee officieuze detentiecentra: het hoofdkwartier van het Rapid Intervention Batallion (BIR) in Salak, nabij de noordelijke stad Maroua, en een gebouw vlakbij het parlement in de hoofdstad Yaoundé, dat gerund wordt door het Directoraat-Generaal van Externe Research (DGRE), de Kameroense inlichtingendiensten.

Aan de hand van architectuurmodellen, beschrijvingen van ex-gevangenen, video’s, satellietbeelden en foto’s heeft een team specialisten van Forensic Architecture een 3D-reconstructie gemaakt van de site in Salak en een school in Fotokol die dienst doet als militaire basis.

In Salak zijn er twee hoofdcellen, elk ongeveer 9 bij 5 meter groot, waar tot zeventig mensen worden vastgehouden. Gevangenen worden gewoonlijk gefolterd in een verhoorkamer die ze “de DGRE-kamer” noemen en die zich vlakbij het kantoor van een hooggeplaatste officier bevindt. Slachtoffers vertelden dat de officier bevelen gaf aan de ondervragers. Volgens een slachtoffer was hij in staat “te beslissen over leven en dood van elke gevangene”.

Samou (niet zijn echte naam), gearresteerd in maart 2016, vertelde Amnesty over zijn verhoor in Salak, enkele dagen na zijn arrestatie. “Ze vroegen me of ik leden van Boko Haram kende. Toen bond een bewaker mijn handen en voeten vast achter mijn rug en begon me te slaan met een elektriciteitskabel. Terzelfdertijd gooide hij water over me heen. Ze sloegen me half dood.”

Mohamed (niet zijn echte naam) zat zes maanden in opgesloten zonder contact met de buitenwereld en werd verschillende keren ondervraagd en gefolterd in Salak. Hij getuigde: “De soldaten vroegen ons om te bekennen. Als we dat niet deden, zegden ze, zouden ze ons naar Yaoundé brengen om ons te doden. We antwoordden dat we liever stierven dan iets te bekennen waar we geen weet van hadden. Vier dagen lang sloegen ze ons.” 

Aanwezigheid van Franse en Amerikaanse militairen in Salak

Het Amnesty-rapport beklemtoont ook de aanwezigheid van Amerikaans en Frans militair personeel op de BIR-basis in Salak. Amnesty vraagt de Amerikaanse en Franse autoriteiten te onderzoeken in welke mate hun personeel, dat daar gestationeerd was of er regelmatig op bezoek kwam, op de hoogte kan zijn geweest van de illegale detentie en folteringen die er plaatsvonden.

Een delegatie van Amnesty Internationaal heeft zelf tijdens een bezoek aan de basis in Salak Franse soldaten gezien. Meer dan een dozijn ex-gevangenen die daar tussen 2015 en 2016 vastzaten, vertelden dat ze blanke, Engelstalige mannen op de basis hadden gezien en gehoord, van wie enkelen uniformen droegen. Dat is bevestigd door bewijsmateriaal op foto’s en video’s, waarop Amerikaanse personeelsleden in uniform te zien zijn. Sommigen van hen waren daar gelegerd.

“Gezien de frequente en mogelijk langdurige aanwezigheid van hun militair personeel daar, moeten de VS-regering en andere internationale partners onderzoeken in welke mate hun personeel op de hoogte was van illegale detentie en foltering op de Salak-basis, en of ze enige maatregelen troffen om dat te rapporteren aan hun hiërarchische oversten en de Kameroense autoriteiten,” zegt Alioune Tine.

Amnesty stuurde op 23 juni 2017 hierover een brief naar de ambassades van de VS en Frankrijk in Kameroen, met het verzoek om meer informatie over wat hun personeel wist en wat er gerapporteerd was. De ambassade van de VS reageerde op 11 juli, maar ze gaven geen antwoord op bovenvermelde vragen. Hun reactie is als bijlage toegevoegd aan het rapport. Het antwoord van de Franse ambassade ontving Amnesty op 19 juli.

satellietbeeld van de school in Fotokol

satellietbeeld van de school in Fotokol

School gebruikt als folterbasis

Amnesty International stelde vast dat een school in de noordelijke stad Fotokol sinds 2014 gebruikt wordt door de BIR als een militaire basis. Amnesty-onderzoekers interviewden zes mannen die daar vastzaten en gefolterd werden tussen december 2015 en maart 2016. Ze analyseerden ook een video-opname waarop te zien was hoe BIR-soldaten in uniform gevangenen folterden. Eén van de scenes toont verschillende soldaten die een man vijftig meter voortslepen en andere, geblinddoekte mannen slaan met scherpe, houten stokken.

De lessen op school werden eind 2016 hervat, maar in juni 2017 werd het gebouw nog altijd gedeeltelijk gebruikt door de BIR en verbleven er minstens negen gevangenen. Het gebruiken van de school als militaire basis, terwijl kinderen er les volgden en daardoor gevaar liepen, is een schending van Kameroens verplichtingen onder het internationale humanitair recht om burgers in gewapende conflicten te beschermen.

Officieren van midden- en hoger kader geïdentificeerd

Gewoonlijk voeren BIR-officieren en DGRE-agenten van lagere rang en uit het middenkader de folteringen uit. Maar verscheidene getuigen identificeerden ook hooggeplaatste DGRE-officieren als betrokkenen bij de ondervragingen. De schaal en frequentie van de schendingen, evenals de situering van de lokalen die werden gebruikt, maken het waarschijnlijk dat andere hooggeplaatste officieren in plaatsen als Salak wisten wat er gebeurde. Zij lijken geen maatregelen te hebben genomen om deze schendingen te voorkomen of te bestraffen.

In Salak wezen meer dan vijftig slachtoffers hetzelfde lokaal aan als de plaats waar ze doorgaans werden gefolterd. Satellietbeelden laten zien dat dit lokaal zich in hetzelfde gebouw bevindt als de kantoren van hooggeplaatste BIR-officieren. Cellen waarin tot zeventig mensen tegelijk opgesloten zaten en waar folteringen plaatsvonden, bevonden zich ook op slechts 110 meter van de kantoren van hoge BIR-officieren.

“Er moet een onderzoek komen naar de vermoede verantwoordelijkheid van de hoge officieren die het bevel voeren over deze detentiecentra,” zegt Alioune Tine.

Het bewijsmateriaal van Amnesty International wijst erop dat op deze militaire basissen en andere sites nog altijd tientallen gevangenen vastzitten, die worden onderworpen aan vreselijke folterpraktijken.

hier niet op duwen