Persbericht

Internationaal wapenhandelverdrag: "gouden regel" over mensenrechten essentieel

17 september 2008

Amnesty International vraagt de wereldleiders om een "Gouden Regel" over mensenrechten op te nemen in het internationaal Wapenhandelverdrag. In oktober discussiëren de VN-lidstaten over dergelijk verdrag. De "Gouden Regel" is eenvoudig: regeringen moeten wapentransfers beletten wanneer er een reëel risico bestaat dat deze wapens zullen gebruikt worden voor zware mensenrechtenschendingen en schendingen van het internationaal humanitair recht.

In aanloop naar de gesprekken in oktober trachten enkele landen, zoals China, Egypte, India, Pakistan, Rusland en de VS, de huidige voorstellen voor een Wapenhandelverdrag te blokkeren of af te zwakken. Hierdoor komen de doelstellingen van het verdrag in gevaar.

"Ondanks het groene licht van een meerderheid binnen de internationale gemeenschap, wil een kleine minderheid het status-quo behouden en onverantwoorde wapentransporten toestaan," zegt Lore Van Welden, woordvoerster van Amnesty International Vlaanderen.

Blood at the Crossroads: Making the case for a global Arms Trade Treaty, een nieuw rapport van Amnesty, is het eerste document dat de parameters en de reikwijdte van een wapenhandelverdrag gedetailleerd onderzoekt. Negen conflictgebieden waar ongecontroleerde wapenhandel catastrofale gevolgen heeft voor de mensenrechten worden in het rapport onder de loep genomen.

Het onderzoek toont hoe en waarom de huidige verschillen en tekortkomingen in nationale wapenwetgeving massale mensenrechtenschendingen veroorzaken. Zonder een specifieke vermelding over mensenrechten, zal een internationaal Wapenhandelverdrag geen afdoende bescherming bieden.

"De gesprekken over een Wapenhandelverdrag hebben een cruciaal punt bereikt. Ofwel blijven regeringen de verschrikkelijke gevolgen van onverantwoorde wapentransfers negeren, ofwel kiezen ze resoluut voor een Wapenhandelverdrag met een "Gouden Regel" over mensenrechten dat mensenlevens kan redden," zegt Lore Van Welden.

Uit het rapport blijkt dat China, Rusland, de VS en andere staten wapens verhandelen naar landen waar zware mensenrechtenschendingen plaatsvinden:

  • China en Rusland zijn de grootste wapenleveranciers aan Soedan. Rusland leverde militaire helikopters en vliegtuigen, terwijl China wapens en munitie bezorgde aan Soedan.
  • Sinds 2003 financiert het Amerikaanse ministerie van defensie de meeste wapens van de 531.000 Irakese veiligheidsagenten. Het financieringsproces wordt slecht beheerd en verloopt niet transparant. Deze wapentoevoer komt bovenop de massale wapenproliferatie en mensenrechtenschendingen die plaatsvonden onder het regime van Sadam. De nieuwe wapens komen Irak soms binnen via verdachte kanalen en ontsnapten vaak aan de controle van de Irakese, Amerikaanse en Britse overheid. Daardoor komen veel wapens terecht bij gewapende groeperingen en op de illegale markt.
  • De overheid van Myanmar begaat systematisch zware mensenrechtenschendingen, maar China, Servië, Rusland en Oekraïne leverden wapens en munitie aan Myanmar. Ook India bood onlangs aan om meer wapens te leveren.

De VN-wapenembargo's tegen de Ivoorkust, Somalië en Darfoer worden gemakkelijk omzeild door zwakke nationale wetgeving en een gebrek aan toewijding en capaciteit bij sommige regeringen. Dit maakt de nood aan een effectief wapenhandelverdrag nog meer prangend. Tachtig procent van de staten hebben bovendien geen wetgeving om wapentransport en de tussenhandel in wapens te regelen.

"Een sterk Wapenhandelverdrag is dringend nodig. Zestig jaar na de ondertekening van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens kunnen en moeten de VN-lidstaten een akkoord bereiken over internationale wapenhandel. Mensenrechten moeten daarin een centrale rol spelen."

Lees ook

Meer nieuws