Afbeelding
Executies door Hamas betreurenswaardig
Persbericht

Executies door Hamas betreurenswaardig

15 april 2010

Amnesty International veroordeelt de executie van twee Palestijnse mannen in Gaza door de Hamas de facto administratie woensdagochtend. Beide mannen werden in 2009 door militaire rechtbanken schuldig bevonden aan ‘collaboratie’ met het Israëlische leger en betrokkenheid bij moord.

"De executies van vandaag zijn een grote stap terug voor Hamas.Gezien het de eerste executies zijn sinds 2005, zijn we ernstig bezorgd over de andere Palestijnse gevangenen in Gaza die eveneens de doodstraf hebben gekregen van militaire rechtbanken” zegt Hassiba Hadj Sahraoui, adjunct-directeur van het Midden-Oosten programma van Amnesty International. “We betreuren dat deze mannen veroordeeld werden na oneerlijke militaire processen."

Hoewel milities van Hamas en andere gewapende groeperingen sinds de machtsovername door Hamas in juni 2007 een aantal personen beschuldigd van ‘collaboratie’ doodden in Gaza , zijn de executies van gisteren de eerste formele executies uitgevoerd door de Hamas de facto administratie in Gaza.

In een verklaring van Hamas woensdagochtend bevestigde Kolonel Ahmed Atallah, het hoofd van het militaire gerecht in Gaza, de executie van Nasser Salama Mohammed Abu Freih uit Jabaliyya uit het noorden van Gaza en van Mohammed Ibrahim Ahmed Isma’il uit Rafah, zuidelijk Gaza. De lichamen van de twee mannen werden naar het al-Shifa hospitaal in Gaza Stad gebracht; beiden waren doodgeschoten.

Nasser Abu Freih, een 34-jarige politiesergeant, werd op 22 februari 2009 door een militaire rechtbank in Gaza schuldig bevonden aan verraad en betrokkenheid bij moord en veroordeeld tot de dood door het vuurpeloton. Mohammed Isma’il, een 36-jarige taxichauffeur, werd op 3 november 2009 tot de dood veroordeeld door ophanging. Hij werd schuldig bevonden aan spionage, samenwerking met vijandelijke entiteiten en medeplichtigheid aan moord.

Achtergrond

Onder Palestijns recht moeten doodstraffen bekrachtigd worden door de president van de Palestijnse Autoriteit (PA), alvorens ze kunnen worden uitgevoerd. Omwille van de voortdurende impasse tussen de Hamas de facto administratie en de PA hebben doodstraffen uitgesproken door militaire rechtbanken van Hamas sinds juni 2007 nooit die noodzakelijke bekrachtiging van de president gekregen.

In maart steeg de bezorgdheid toen hoge ambtenaren van Hamas lieten weten dat zij wilden beginnen met de executie van gevangenen veroordeeld voor collaboratie en moord. Amnesty International spoorde de Hamas de facto administratie op 31 maart aan de uitstaande doodsvonnissen niet uit te voeren.

Amnesty International is tegen de doodstraf en beschouwt ze als in strijd met de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens, meer bepaald als een inbreuk op het recht op leven en het recht niet te worden gefolterd of onderworpen te worden aan enige wrede, onmenselijke of vernederende straf.

Lees ook

Meer nieuws