El Salvador: Anti-abortuswet veroorzaakt trauma’s en armoede bij kinderen en in families

Die moeders belanden achter de tralies omdat ze beschuldigd worden van het plegen van abortus. Dat zegt Amnesty International in een nieuw rapport.

Het rapport ‘Separated families, broken ties’ toont hoe veel kinderen van vrouwen die opgesloten zitten onder de anti-abortuswet in moeilijke financiële omstandigheden moeten leven. Bovendien is het voor die kinderen vaak ook onmogelijk om contact met hun moeder te hebben.

“Elke keer dat de autoriteiten in El Salvador een vrouw onterecht opsluiten wegens een miskraam of een ander zwangerschapsprobleem, veroordelen zij ook haar kinderen tot een leven in armoede en trauma’s”, zegt Astrid Valencia van Amnesty International.

“El Salvador beschouwt vrouwen die met zwangerschapsproblemen te maken krijgen als ‘schuldig tot het tegendeel is bewezen’. Daardoor gaan heel wat mensenlevens verloren, zitten vrouwen soms tot veertig jaar in de gevangenis en is een angstklimaat ontstaan onder dokters en patiënten. Het is de hoogste tijd dat El Salvador dit achterhaalde abortusverbod afschaft.”

Totale verbod leidt tot armoede

Abortus is in El Salvador sinds 1998 volledig verboden, in alle omstandigheden. Zelfs als de zwangerschap het gevolg is van verkrachting of incest, of de gezondheid van de moeder op het spel staat.

Minstens 19 vrouwen zitten nu in de cel door dit totale abortusverbod. Zij zijn beschuldigd van zware misdaden als moord en doodslag en veroordeeld tot lange gevangenisstraffen, op basis van zwak of ontoereikend bewijsmateriaal. De meeste van deze vrouwen waren de belangrijkste kostwinner in hun gezin. Na hun opsluiting moeten andere familieleden de zorg voor hun kinderen overnemen, soms in erg moeilijke omstandigheden.

Gebrek aan financiële middelen en de lange afstanden tussen thuis en de gevangenis verhinderen veel families een bezoek te brengen aan hun dierbaren in de cel. In sommige gevallen duurde het maanden voor vrouwen hun kinderen terugzagen.

40 jaar cel voor miskraam

Maria Teresa Rivera (34) is na een miskraam veroordeeld tot veertig jaar gevangenis voor moord onder verzwarende omstandigheden. Ze zit sinds 2011 in de cel en heeft sindsdien haar tienjarige zoontje amper vier keer kunnen zien. De jongen woont bij zijn grootmoeder, die het lastig heeft om de eindjes aan elkaar te knopen zonder het inkomen van Maria Teresa of enige officiële steun. Een bezoek aan de gevangenis is door de grote afstand bijna onbetaalbaar.

Maria-Teresa werd gearresteerd in het ziekenhuis nadat zij, bijna bewusteloos en badend in het bloed, in haar badkamer was aangetroffen door haar schoonmoeder. Op haar proces getuigde een van haar bazen dat ze wist dat Maria Teresa zwanger was in januari 2011. Dat zou betekenen dat Maria Teresa elf maanden zwanger was op het moment van haar miskraam. Toch weerhield dat de rechtbank er niet van haar te veroordelen, onder meer op basis van dit ‘bewijs’.

Maria Teresa’s schoonmoeder vertelde Amnesty International over de traumatische bezoeken aan de gevangenis met haar kleinzoon. “De eerste keer was het erg hard. Hij weende veel en ik ook. Hij wou niet weg uit de gevangenis. Het was zo moeilijk voor hen beiden dat ik hem een tijd niet meer meenam.”

Kom in actie tijdens de Schrijfmarathon

Tijdens Amnesty's Schrijfmarathon in december voeren we actie voor een van de vele vrouwen in El Salvador die veroordeeld werden na een miskraam. Doe ook mee, schrijf voor Teodora del Carmen Vasquez via www.schrijfmarathon.be.