Afbeelding
China-Olympische Spelen: autoriteiten komen beloftes niet na
Persbericht

China-Olympische Spelen: autoriteiten komen beloftes niet na

29 juni 2008

De Chinese autoriteiten hebben hun belofte om de mensenrechtensituatie te verbeteren gebroken en verraden daardoor de basisprincipes van de Olympische Spelen. Dit zegt Amnesty International in een nieuw rapport dat tien dagen voor de start van de Spelen gepubliceerd werd.

"Het mensenrechtenbeleid van China brengt een positieve erfenis van de Spelen in gevaar. Vreedzame mensenrechtenactivisten moeten onmiddellijk vrijgelaten worden, buitenlandse en Chinese journalisten moeten vrij hun werk kunnen doen en er moeten meer stappen ondernomen worden om de doodstraf af te schaffen," zegt Lore Van Welden, woordvoerster van Amnesty International Vlaanderen.

Het nieuwe rapport 'The Olympics Countdown: Broken Promises' evalueert vier beleidsdomeinen die verband houden met Olympische basisprincipes: het vervolgen van mensenrechtenactivisten, detentie zonder enige vorm van proces, censuur en de doodstraf.

Het document concludeert dat de mensenrechten in deze vier domeinen er meestal niet op vooruit zijn gegaan. In aanloop naar de Spelen heeft China iedereen die de 'stabiliteit' in gevaar brengt onder huisarrest geplaatst, vervolgd of opgesloten.

Mensenrechtenactivist en schrijver Hu Jia zit nog steeds vast voor het "ondermijnen van de staat" omdat hij schreef over mensenrechten en interviews gaf aan buitenlandse media. Hu Jia lijdt aan een leverziekte ten gevolge van een Hepatitis B infectie. De autoriteiten verhinderen echter dat zijn familie medicatie naar de gevangenis brengt.

Jacques Rogge, de voorzitter van het Internationaal Olympisch Comité (IOC), beweerde onlangs dat de stille diplomatie van het IOC geleid heeft tot verschillende mensenrechtenhervormingen, zoals de nieuwe regelgeving voor buitenlandse media.

"Het moet gezegd dat China een aantal hervormingen doorvoerde, maar tegelijkertijd moet het IOC ook de achteruitgang op bepaalde vlakken publiekelijk durven aankaarten. Chinese journalisten werken nog steeds in een klimaat van repressie en censuur."

"Wereldleiders die naar de Spelen gaan, moeten openlijk opkomen voor mensenrechten en individuele mensenrechtenactivisten in China. Zo niet, dan geef je wereldwijd het signaal dat een gastland de Spelen kan ontvangen in een sfeer van onderdrukking en vervolging."

Een aantal gegevens en vaststellingen uit het rapport

Vele Chinese mensenrechtenactivisten zitten nog steeds in de gevangenis of staan onder huisarrest. Anderen worden nauwgezet in de gaten gehouden door de politie zodat ze de Spelen niet zouden kunnen verstoren.

De Chinese autoriteiten hebben het administratieve strafsysteem, zoals "Heropvoeding door Arbeid" en "Gedwongen Drugrehabilitatie", uitgebreid zodat alle activisten voor de start van de Spelen eenvoudiger uit het straatbeeld van Peking kunnen verwijderd worden.

Tijdelijke regelgeving over persvrijheid voor buitenlandse media werd niet volledig toegepast. De 'Foreign Correspondents Club of China' registreerde sinds 1 januari 2007 260 gevallen waarbij de overheid tussenkwam tijdens perswerk. De nieuwe regelgeving is bovendien niet van toepassing op Chinese journalisten. Zij worden verhinderd om stukken te publiceren of reportages te brengen die door de overheid als gevoelig beschouwd worden.

De doodstraf wordt nog steeds toegepast voor 68 misdaden, waaronder ook niet-gewelddadige misdrijven zoals economische en drugsgerelateerde vergrijpen. De Chinese autoriteiten beweren dat het aantal executies gedaald is sinds het Hooggerechtshof opnieuw als controleorgaan dienst doet. China heeft echter nog steeds geen officiële doodstrafcijfers gepubliceerd.

Activiste Liu Jie werd opgesloten in Peking en kreeg 18 maanden "Heropvoeding door Arbeid" in de provincie Heilongjiang, in het noordoosten van China. Lokale bronnen beweren dat Liu Jie er fysiek mishandeld werd omdat ze het initiatief nam voor een open brief waarin de autoriteiten gevraagd wordt politieke en juridische hervormingen door te voeren.

In juni 2008 sloot de politie mensenrechtenactivist Huang Qi op omdat hij staatsgeheimen zou vergaard hebben. Huang hielp de familieleden van vijf schoolkinderen om een juridische klacht in te dienen bij de lokale autoriteiten. De vijf kinderen zijn omgekomen toen hun schoolgebouw in elkaar stortte tijdens de aardbeving in Sichuan in mei 2008.

Lees ook

Meer nieuws