Afbeelding
25e verjaardag Rwandese genocide
Actueel

25e verjaardag Rwandese genocide

07 april 2019

Amnesty International solidair met honderdduizenden slachtoffers en nabestaanden

In Rwanda start vandaag een honderd dagen durende herdenking van het vreselijk bloedbad dat er 25 jaar geleden plaatsvond. Honderd dagen duurde de georganiseerde campagne ook, van april tot juli 1994, waarmee de toenmalige Rwandese regering de etnische Tutsi-groep probeerde uit te roeien. Ook sommige Hutu’s, die zich tegen de genocide verzetten, werden geviseerd. Meer dan 800.000 mensen lieten daarbij het leven.

“Op deze verschrikkelijke verjaardag willen we onze solidariteit tonen met de slachtoffers, hun families en de overlevenden van de genocide, in hun pijn en verdriet. De herdenking van deze gebeurtenis moet ons geweten opnieuw wakker schudden. We zijn allemaal mensen, met dezelfde mensenrechten en hetzelfde verlangen naar een leven zonder misbruik en repressie,” zegt Kumi Naidoo, secretaris-generaal van Amnesty International.

“Het is schandalig dat het geweten van wereldleiders al te vaak pas in de nasleep van massale gruweldaden wordt geprikkeld. Zodra de gruweldaden uit het nieuws verdwenen zijn, grijpen politici vaak meteen terug naar de haatzaaiende en ontmenselijkende retoriek die dergelijke, vreselijke gebeurtenissen voedt.”

De volkenmoord in Rwanda was gepland. De interim-regering die de macht greep nadat president Juvenal Habyarimana om het leven was gekomen toen zijn vliegtuig boven de hoofdstad Kigali werd neergeschoten, demoniseerde bewust de Tutsi-minderheid. Ze werkte bestaande spanningen in de hand en stimuleerde ze, zodat ze de haat die ze op die manier opwekte, kon gebruiken als een instrument om aan de macht te blijven.

Ook vandaag passen wereldleiders demoniseringspolitiek toe. In hun zoektocht naar electorale winst proberen politici op een cynische en systematische manier bepaalde mensen tot zondebokken te maken op basis van hun delen van hun identiteit zoals religie, ras, etniciteit of seksuele geaardheid. Dikwijls proberen politici zo de aandacht af te leiden van hun eigen falen om te voorzien in basisrechten die economische en sociale veiligheid brengen. Het resultaat is dat prominente wereldleiders gevaarlijke “wij/zij”-tegenstellingen creëren, die haat en repressie brengen, in plaats van eenheid in menselijkheid en respect voor mensenrechten.

In de 25 jaar volgend op de Rwandese genocide hebben in de wereld talloze inbreuken op het internationale recht en mensenrechtenschendingen plaatsgevonden, dikwijls aangedreven door dezelfde tactieken van exclusie en demonisering die de Rwandese regering in 1994 gebruikte in de aanloop naar de genocide. Een voorbeeld daarvan is de etnische zuiveringscampagne van het leger in Myanmar, gericht tegen de Rohingya-minderheid, waarbij duizenden mensen werden vermoord, en die in 2017 meer dan 700.000 mensen op de vlucht joeg naar buurland Bangladesh.

Met dit jaar verschillende verkiezingen op de agenda, onder andere in India en de Europese Unie - verkiezingen die vaak tot demonisering aanleiding geven - moeten wereldleiders zich ertoe verbinden op een andere manier aan politiek te doen.

“Na de genocide in Rwanda was de wereld het erover eens dat we politiek die haat en verdeeldheid zaait, niet opnieuw de kop mogen laten opsteken. Toch waren we telkens opnieuw getuige van massale wreedheden. We zouden lessen moeten trekken uit deze tragedies door een beleid te voeren dat medemenselijkheid centraal stelt en ons toelaat onze verschillen te koesteren,” besluit Kumi Naidoo.

Lees ook

Meer nieuws