Drie Guantanamo-gevangenen uit Bosnië mogen terug naar huis
Dinsdag werden drie gevangenen in het detentiecentrum van Guantanamo Bay vrijgelaten. Boudella al Hajj, Mustafa Ait Idr en Mohammed Nechle mochten terugkeren naar Bosnië-Herzegovina (BiH).
Boudella al Hajj, Mustafa Ait Idr en Mohammed Nechle behoren tot een groepje van zes mannen die in 2002 door de politie gearresteerd werden in Bosnië-Herzegovina. Ze werden overgedragen aan de VS en kwamen uiteindelijk in Guantanamo Bay terecht. De andere drie mannen zitten nog steeds in het detentiecentrum. Amnesty International vraagt de Bosnische overheid met aandrang ervoor te zorgen dat ook zij veilig naar Bosnië kunnen terugkeren.
Op 20 november 2008 oordeelde de Districtsrechtbank in het Amerikaans district Columbia dat vijf van de zes mannen moesten vrijgelaten worden omdat de Amerikaanse overheid de opsluiting van de mannen als "vijandige strijders" niet langer kon rechtvaardigen. Rechter Leon oordeelde dat de autoriteiten wel grond hadden om één van de mannen vast te houden.
De Mensenrechten Kamer in Bosnië-Herzegovina oordeelde in oktober 2002 en april 2003 dat de Bosnische autoriteiten de mannen willekeurig uitgewezen hadden. Volgens de Kamer was dit een ernstige inbreuk op het recht op vrijheid. De Kamer beval Bosnië-Herzegovina om langs diplomatieke weg de rechten van de zes mannen te vrijwaren.
Amnesty International meent dat de autoriteiten in Bosnië-Herzegovina alle nodige maatregelen moeten nemen om de onmiddellijke terugkeer van elk van de zes mannen te garanderen. Voor het Europees Hof van de Rechten van de Mens heeft de Bosnische overheid recent nog haar "onweerlegbare toewijding" inzake de repatriëring van de mannen herhaald.
