Afbeelding
5 jaar oorlog in Jemen Onrechtmatige detentie, verdwijningen en foltering
Persbericht

5 jaar oorlog in Jemen Onrechtmatige detentie, verdwijningen en foltering

24 maart 2020

Sinds de start van het conflict in Jemen op 25 maart 2015 werden heel wat mensen, waaronder journalisten, academici en aanhangers van het Baha’i-geloof, ontvoerd of opgepakt en opgesloten, vaak enkel omwille van hun mensenrechtenwerk of politieke of religieuze overtuigingen. Onwettige detentie blijft op de vijfde verjaardag van de oorlog een wijdverspreid probleem in het land. Dat gaat onder meer gepaard met politiek gemotiveerde doodstraffen en folterpraktijken in zogenaamde ‘black sites’.

“Het vijf jaar durende conflict heeft aan beide zijden een pak ernstige mensenrechtenschendingen van gevangen mensen met zich meegebracht. In sommige gevallen gaat het over oorlogsmisdaden”, zegt Lynn Maalouf, Amnesty’s onderzoeksdirecteur voor het Midden-Oosten.

“Houthi-troepen hebben tientallen mensen, waaronder Baha’i-gelovigen, opgesloten op basis van verzonnen aanklachten of ter dood veroordeeld. Het is schrikwekkend hoeveel Baha’i-aanhangers een executie boven het hoofd hangt omwille van hun geloof of vreedzame activiteiten.”

“Wij roepen op tot de onmiddellijke en onvoorwaardelijke vrijlating van alle gewetensgevangenen in Jemen en vragen gerechtigheid voor de vele gevallen van gedwongen verdwijning en foltering.”

Het afgelopen jaar alleen al hebben de Houthi’s en geallieerde troepen in toenemende mate gebruik gemaakt van een antiterreurrechtbank om politieke geschillen af te handelen. Daarbij worden na oneerlijke processen vaak doodstraffen uitgesproken voor valse spionageaanklachten en zogenaamde 'hulp aan vijandige staten'. Tezelfdertijd beheren de troepen van de Verenigde Arabische Emiraten (VAE) en hun bondgenoten een netwerk van geheime detentiecentra waar mensen na een gedwongen verdwijning terechtkomen en gefolterd worden. Het gaat hierbij mogelijk om oorlogsmisdaden.

Vorige maand engageerden vertegenwoordigers van de strijdende partijen zich tot een grote gevangenenruil onder toezicht van de VN.

Religieuze minderheden en anderen doelwit van Houthi’s

Amnesty International documenteerde 66 casussen van Jemenieten tegen wie nog procedures lopen, uitgezonderd 1 geval. Allemaal moesten ze de afgelopen vijf jaar voor de Bijzondere Strafrechtbank in Sanaa verschijnen – een rechtbank die normaal gezien terreurzaken behandelt. Onder meer journalisten, mensenrechtenverdedigers, politieke opposanten en leden van religieuze minderheden krijgen er een oneerlijk proces op basis van valse aanklachten. Allen worden ze vervolgd voor spionage, een aanklacht die volgens de Jemenitisch wetgeving steeds met de doodstraf moet bestraft worden.

Burgers onder vuur

Sinds 2015 hebben alle strijdende partijen in Jemen herhaaldelijk ernstige inbreuken gepleegd op het internationaal humanitair recht.

Houthi-troepen, die grote delen van het land controleren, hebben lukraak bewoonde buurten gebombardeerd en willekeurig rakketten afgevuurd op Saudi-Arabië. De coalitie onder leiding van Saudi-Arabië en de VAE, die aan de kant staat van de internationaal erkende Jemenitische regering, blijft burgerinfrastructuur bombarderen en willekeurige aanvallen uitvoeren die honderden burgerdoden en -gewonden veroorzaakten.

Roekeloze wapentransfers naar partijen bij het conflict zoals Saudi-Arabië en de VAE blijven het conflict in Jemen aanwakkeren. Uit onderzoek van Amnesty International bleek vorig jaar bijvoorbeeld dat Belgische minimi’s van FN-Herstal gebruikt worden door de “Reuzen”, een Jemenitische militie die gesteund wordt door de Emiraten en aan niemand verantwoording aflegt.

Begin deze maand schorste de Belgische Raad van State vergunningen die het Waals Gewest had toegekend voor wapenleveringen aan Saudi-Arabië, een belangrijke overwinning voor de ngo’s die strijden tegen onverantwoorde transfers. Amnesty International blijft landen zoals België, de VS, het VK, Canada, Australië en Frankrijk oproepen om alle wapenverkoop aan de strijdende partijen te stoppen.

De burgers zijn het grootste slachtoffer van het geweld. Al meer dan 233.000 mensen werden gedood of raakten gewond. De humanitaire crisis duwt ongeveer 14 miljoen mensen op de rand van hongersnood. Zo’n 22 miljoen Jemenieten hebben nood aan humanitaire hulp om te kunnen overleven.

Lees ook

Meer nieuws